Via St. Girons, Bagneres de Luchon, col de Aspin en col de Tourmalet naar Lourdes, waar we op de parkeerplaats voor de bussen kunnen overnachten, niet echt heel rustig maar wel in het dorp. Diny gaat 's avonds naar de fakkeloptocht op het heilige terrein en Filou en ik zitten te wachten op een terrasje met een biertje voor mij en een door de aardige ober beschikbaar gestelde kom water voor Filou.
De volgende dag 9 juni rijden we naar het beroemde natuurverschijnsel Cirque de Gavarnie dat het eind van een groot en mooi dal afsluit. Met het mooie weer is het een prachtige wandeling en een mooi uitzicht. In Gavarnie is het ook mooi om te overnachten, er staan erg veel campers.
Daarna gaan we dezelfde weg terug richting Lourdes en bij Argelés- Gazost rijden we naar het westen, over de col du Soulor en col d'Aubisque naar Laruns. Daar is op een parkeerplaats speciale ruimte gemaakt voor campers en omdat het alweer tegen de avond loopt, blijven we daar overnachten.
10 juni. Verder via Bielle, Arette, Tardets naar Crevasses d' Holgarte. Wegens het aanhoudende slechte weer en een stromende regen is een geplande wandeling naar een beroemde hangbrug dus niet aan de orde.
Bij Larrau moeten we de zeer steile col Bagargui in de eerste versnelling bestijgen bij mist, regen en vijf meter zicht. Dit moet nog een keer overnieuw. Het zal hier ongetwijfeld mooi zijn, maar we zien er niets van.
Na Mendive vallen de typische Baskische huizen met hun felle kleuren, dit is tekenend voor het hele baskische gebied. In st Jean Pied de Port, een oude middeleeuwse stad, hebben we een uitgebreide rondwandeling gemaakt.
In St Jean de Luz ondernemen we een lange zoektocht naar een vrije camperplaats, er is hier erg veel verboden en ik durf nog niet zoveel. Dus een camping gezocht, camping le Pins.
's Avonds hebben we een mooie romantische maanwandeling gemaakt langs een rustige oceaan.
11 juni via de kustweg "corniche Basque" naar het zuiden gereden en een poos aan de steile kliffenkust naar de oceaan zitten kijken. Via Henday naar cabo Higuer in Spanje. Hier is een kaap met een vuurtoren boven een steile klif. Het water is met moeite te bereiken. Bovenop kunnen we mooi de afvaart van de vissersvloot bekijken. Wel 15 kleurige kleine schepen varen richting oceaan.
Na beneden nog een poosje aan het strand gezeten te hebben gaan we via een Spaanse weg naar het oosten richting Bera/Vera en Gare terug naar Frankrijk. Het is een mooie pasweg over bergen. In Anhoa op een stille parkeerplaats achter de woningen overnacht. Het is een typische toeristenplaats met vermoedelijk weinig vaste bewoners, want er is geen kruidenier of bakker in het dorp. Typisch baskische huizen in de kleuren rood, groen of bruin.
12 juni. Via de N121 door een heel eenzame Spaanse streek en de col d' Ispéguy weer naar Frankrijk. In st Etienne op de parkeerplaats van de 8 huit een pauze genomen. Via st. Jean Pied de Port, Mendive de col Bogarguir weer op in de eerste versnelling. Pauze boven op de col met paarden, koeien en varkens. Filou kijkt nergens vreemd van op en vindt het heel gewoon. Buiten een restaurant om is er boven op niets te beleven en we gaan dus weer verder en in de eerste versnelling kruipen we de berg ook weer af. Beneden gaan we nu wel naar de hangbrug over een diepe kloof kijken, het is een uurtje lopen vanaf de parkeerplaats.
Bij Arrette overnacht op de gesloten camping municipal, samen met nog een camper en een gezin in tenten. Het sanitair is niet beschikbaar.
En op 13 juni weer rustig op huis aan.